Verloop van een uitwisselingsgesprek

Voorafgaand

Suggestie : het kan zinvol zijn om een eerste bijeenkomst te plannen vooraleer de retraite start. In zo’n bijeenkomst kan rustig worden kennisgemaakt, kan de methode van het luistergesprek worden toegelicht en kan iets worden verteld over de motivaties van de deelnemers. Zo is de toon gezet en kan bij de volgende bijeenkomst meteen van wal worden gestoken.

Bedoeling van een uitwisselingsgesprek is om naar elkaar te luisteren. Om iets te mogen ontvangen van het gebed van de anderen. Zo maar. De Geest van God spreekt verschillend in elke mens. Daarin mogen delen is een geschenk. Deze vorm van delen wordt luistergesprek of contemplatieve dialoog genoemd. Het luisteren maakt mogelijk dat er echt gesproken wordt.

Maximale duur is anderhalf uur. Ideale samenstelling: om en bij de 10 personen

1. Begin van het “luistergesprek”

De begeleider legt kort de etappes uit van de uitwisseling. Zo er nog geen begeleider is, dan wordt die eerst aangewezen. De begeleider waakt over de methode en over de duur. Indien iemand te lang spreekt, vraagt hij om af te ronden. Het is van belang dat ieder aan het woord kan komen.

Aansteken van een kaars of maken van een andere eenvoudig liturgisch/symbolisch gebaar om duidelijk te maken dat de uitwisseling begint
Lied, gebed tot de Geest …
Eventueel kan er wat tijd worden genomen om biddend de aantekeningen/terugblikken over de gebedsmomenten van de voorbije week door te nemen, als voorbereiding op de uitwisseling

2. Eerste ronde

De begeleider nodigt uit om iets vertellen over de persoonlijke gebedservaring. Iemand neemt het initiatief om te beginnen. Daarna volgens de wijzers van de klok.

Wat uit de Bijbelteksten, citaten, geloofsimpuls heeft me geraakt
Hoe heeft dit me geraakt
Wat neem ik daarvan mee …
Geen exegese of bijbeluitleg of geleerde predicatie
Mag eenvoudig zijn. Je hoeft niet alles te vertellen. Enkel wat je zinvol lijkt om te delen. Het kan helpen om dit van te voren voor te bereiden.
Niet reageren of inspelen op wat voor jou gezegd werd. Elk doet zijn verhaal. De anderen luisteren in stilte.

3. Tweede ronde

De begeleider leidt kort in.

Als je dat wenst, kan je iets toevoegen vanuit je persoonlijke gebedservaring
Je kan ook iets zeggen over wat je in de inbreng van de anderen heeft geraakt en hoe het je heeft geraakt
Niet: reageren op of in discussie gaan (“ik ben het hier niet mee eens” ….)

4. Eventueel een derde ronde

De begeleider nodigt uit om, na kort moment van stilte, in één zin of twee zinnen uit te drukken wat men meeneemt van deze uitwisseling: inzicht, vraag, voornemen ….

5. Voorbeden

De begeleider kan uitnodigen tot het formuleren van voorbeden. Na afloop van elke voorbede kan een kort refrein worden gezongen.

6. Eindigen met vast gebed (Onze Vader, lied…)

Nota bene: deze werkwijze is een beproefde methode. Toch is het niet meer dan een voorstel. Elk groepje is vrij om hier creatief mee om te gaan.