40-dagenretraite
40-dagen 2025: Hij is onder ons
Steun onsEr zijn zoveel manieren om naar geloof te kijken: zoveel manieren om over God te denken. Ook het woord ‘God’ roept veel verschillende reacties op. Misschien wil ik liever een ander woord gebruiken zoals ‘Liefde’. Bewust worden van hoe ik aan God denk kan een verschil maken in mijn leven. Denk ik aan God als Iemand (of Iets) die met een strenge blik naar mij kijkt?
Tijdens deze retraite word ik uitgenodigd om anders naar God te kijken. God te zien als Iemand die naar mij verlangt, heel mijn leven lang, en mij wil ontmoeten. God die met vriendelijkheid en liefde naar mij kijkt en mij liefheeft zoals ik ben. God die de zachte stem van de liefde is. Misschien kan ik de moed opbrengen om in gebed naar zo’n God te gaan en in zijn aanwezigheid mij stil laten worden. En misschien ook mijn gebroken hart niet meer voor Hem verbergen.
Als ik het Evangelie met volle aandacht lees, leer ik Jezus heel goed kennen. Ik zie hoe Hij met mensen omgaat, wat Hij voor mensen doet, hoe Hij met mensen spreekt.
Jezus vertelt het verhaal van de barmhartige Samaritaan (Lucas 10, 25-37).
Hij zei: ‘Een man reisde van Jeruzalem naar Jericho. Maar onderweg werd hij door rovers overvallen. Ze pakten alles van hem af, ook zijn kleren. Ze sloegen hem halfdood, en lieten hem liggen. Toevallig kwam er een priester langs. Hij zag de man wel liggen, maar hij liep hem voorbij aan de overkant van de weg. Toen er even later een hulppriester langskwam, gebeurde hetzelfde. Hij zag de man wel liggen, maar hij liep hem voorbij aan de overkant van de weg. Toen kwam er een vreemdeling langs, een Samaritaan. Hij zag de man liggen en kreeg medelijden. Daarom ging hij naar hem toe. Hij verzorgde de wonden van de man met olie en wijn. En hij deed er verband om. Toen zette hij de man op zijn eigen ezel en bracht hem naar een herberg. Daar zorgde hij voor hem. De volgende dag gaf de Samaritaan geld aan de eigenaar van de herberg en zei: ‘Zorg goed voor de man. Als het je meer geld kost, krijg je dat van me op mijn terugreis.’’
Jezus kijkt met mededogen naar wat mensen nodig hebben, naar wat ze zal helpen. Zo toont Hij zijn liefde voor God, de Vader. En Hij vraagt mij om hetzelfde te doen.
Jezus vertelt veel verhalen over de vreugde van God wanneer iemand die ‘verloren’ was weer is gevonden.
De Goede Herder laat 99 schapen alleen om dat ene verloren schaap te zoeken en vinden.
De tollenaar, Zacheüs, bevond zich op een doodlopende weg. Hij was rijk geworden door afpersing maar eenzaam. Maar Jezus zag hem verstopt in een boom en riep hem: “Zacheüs, kom vlug naar beneden, want vandaag moet ik in uw huis verblijven!” Hij werd teruggevonden en zijn beker vloeide over van blijdschap!
De verloren zoon keert terug en, tot zijn enorme verbazing, wordt hij liefdevol door zijn vader ontvangen. Teruggevonden!
Er is iemand die jou zocht, je wilde vinden, iemand die om je geeft. Wat een bevrijding! Wat een vreugde!
Af en toe gebeurt het: ik zeg iets of ik doe iets en dan merk ik dat ik iemand heb gekwetst. Door mijn actie heeft iemand pijn, verdriet of is boos. Soms is die iemand een persoon die mij heel dierbaar is. En natuurlijk voel ik ook pijn, verdriet, onrust. Hoe kan dit nou gebeuren? Terwijl ik van iemand houd, ben ik blijkbaar in staat die persoon pijn te doen.
Wanneer ik echt onder ogen heb wat er is gebeurd, wanneer ik bewust ben van mijn eigen optreden, ontstaat, na het verdriet dat ik voel, ook spijt. Een verlangen om de relatie weer goed te maken. Maar hoe moeilijk is het om iemand te vertellen dat ik spijt heb! Maar, wanneer ik de moed vind om dat te doen, ontdek ik de enorme bevrijding wanneer iemand mij vergeeft. Er is weer zoveel ruimte!
En wanneer ik dit allemaal besef, wil ik ook aan anderen vergeving schenken: anderen ook bevrijden en ruimte geven. En dan is er weer vrede! Ook voor mij.
Maar zo eenvoudig is het niet. We blijven vaak dezelfde fouten maken en tonen dan weer spijt. Petrus vraagt Jezus hoe vaak hij iemand moet vergeven: tot zevenmaal toe? En Jezus zegt tegen Petrus: ‘Niet tot zevenmaal toe, zeg Ik je, maar tot zeventig maal zeven.’ Petrus beseft dat Jezus iets onmogelijks van hem vraagt. Er is Liefde nodig die zoveel groter is dan een mens kan opbrengen! En toch vraagt Jezus het van ons!
Om hulp vragen is meestal lastiger dan hulp bieden. Hulp vragen maakt kwetsbaar. Toch zijn er tal van voorbeelden te vinden in de Bijbel waar het gaat om mensen die hulp nodig hebben, die twijfelen, zich verloren voelen, uitgeput zijn, teleurgesteld zijn en zich leeg voelen. En we kennen iets van die gevoelens allemaal. Wat houdt mij staande, wat geeft mij moed en vertrouwen om door te gaan? De teksten van deze week kunnen daarbij helpen. Maar het kan ook goed zijn stil te staan bij wat werkelijk mijn hulpvraag is, door in mijn gebed woorden te vinden voor mijn angst of onzekerheid. Door daarbij letterlijk stil te staan kan ‘leegte’ ‘ruimte’ worden, die gevuld wordt met uitzicht en hoop. En mag ik mij verbonden voelen met al die medemensen uit verleden en heden, psalmdichters en verhalenschrijvers die vertellen over hun verbondenheid met de bron van het leven, die ook mij in gang zet, me doet opstaan, inzicht en uitzicht geeft.