Adventsretraite
Advent 2024: Zie, Ik begin iets nieuws!
Steun ons(Laat mij maar zingen, CD 3, nr. 3;
Huub Oosterhuis/Bernard Huijbers)
Gij wacht op ons
totdat wij opengaan voor U.
Wij wachten op uw woord
dat ons ontvankelijk maakt.
Stem ons af op uw stem
op uw stilte.
De Heer heeft mij gezien en onverwacht
ben ik opnieuw geboren en getogen.
Hij heeft mijn licht ontstoken in de nacht,
gaf mij een levend hart en nieuwe ogen.
Zo komt Hij steeds met stille overmacht
en zo neemt Hij voor lief mijn onvermogen
Hij doet met ons, Hij gaat ons in en uit.
Heeft in zijn handen onze naam geschreven.
De Heer wil ons bewonen als zijn huis,
plant als een boom in ons zijn eigen leven,
wil met ons spelen, neemt ons tot zijn bruid
en wat wij zijn, Hij heeft het ons gegeven.
Gij geeft het uw beminden in de slaap,
Gij zaait uw Naam in onze diepste dromen.
Gij hebt onszelf ontvankelijk gemaakt,
zoals de regen neerdaalt in de bomen,
zoals de wind, wie weet waarheen hij gaat,
zo zult Gij uw beminden overkomen.
Wek mijn zachtheid weer, geef mij terug de ogen van een kind. Dat ik zie wat is en mij toevertrouw en het licht niet haat …
(Huub Oosterhuis – Laat mij maar zingen II, CD 4, nr. 1)
1. Hoe is uw naam, waar zijt Gij te vinden,
eeuwige God, wij willen U zien.
Geef ons vandaag een teken van liefde.
2. Eeuwige God, wij willen U zien,
geef ons vandaag een teken van liefde.
3. Want wat de hemel is voor de aarde,
dat is uw liefde voor hen die geloven.
4. Geef ons vandaag een teken van liefde.
5. Gij, de vergeving van alle zonden,
recht en gerechtigheid voor deze wereld.
6. Gij, de vergeving van alle zonden,
geef ons vandaag een teken van liefde.
7. Gij kent ons toch, Gij zult niet vergeten,
dat wij uw mensen zijn, Gij, onze God.
8. Hoe is uw naam, waar zijt Gij te vinden,
eeuwige God, wij willen U zien.
Geef ons vandaag een teken van liefde
Mijn volk, wat heb Ik u gedaan
of waarmee heb Ik u bedroefd. Antwoord Mij.
1. Ik heb u uit Egypte weggeroepen.
Gij hebt geroepen: Aan het kruis met Hem.
Hagios o Theos, Sanctus Deus, Heilige God.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
2. Ik heb voor u het water uit de rots doen stromen.
Gij hebt Mij gal en azijn te drinken gegeven.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
3. Ik heb om uwentwil uw vijanden geslagen,
maar gij hebt Mij gegeseld en gehoond.
Mijn volk, wat heb Ik u gedaan
of waarmee heb Ik u bedroefd. Antwoord Mij.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
4. Ik heb u groot gemaakt, met heerlijkheid gekroond.
Maar gij hebt voor Mij een doornenkroon gevlochten.
Hagios o Theos, Sanctus Deus, Heilige God.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
5. Wat had Ik nog meer voor u moeten doen.
Ik heb u binnengevoerd in mijn land, in mijn vrede.
Maar gij, gij hebt uw Redder aan het kruis geslagen.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
Heilige onsterfelijke God, ontferm U over ons.
Mijn volk, wat heb Ik u gedaan
of waarmee heb Ik u bedroefd. Antwoord Mij.
GvL 499
1. Christus heeft voor ons geleden
als een beeld van ons bestaan,
dat wij zover zouden gaan
in zijn voetstappen te treden.
2. Die geen zonde heeft bedreven,
uit wiens mond niet is gehoord
enig onvertogen woord,
maar de adem van het leven.
3. Die wanneer Hij werd geslagen,
zelfs zijn mond niet opendeed,
die niet dreigde als Hij leed,
maar het zwijgend heeft verdragen.
4. Die de zonde heeft gekorven
in zijn lichaam aan het hout,
dat gij Gode leven zoudt,
aan de zonde afgestorven.
5. Door wiens striemen gij genezen,
door wiens dood gij levend zijt,
levend in rechtvaardigheid,
taal en teken van Gods wezen.
6. Als eertijds verdoolde schapen
thans den Herder toegewijd,
die u in de waarheid weidt.
Uw Bewaarder zal niet slapen.
7. Ja, de Heer zal u bewaren,
Hij de Herder, Hij het Lam,
die voor u ter aarde kwam,
die voor u is opgevaren!
uit: GvL 413